Bewoonbare oppervlakte
Laatst bijgewerkt: 05-05-2025
Definitie
De bewoonbare oppervlakte van een woning, ook wel aangeduid als 'gebruiksoppervlakte wonen', is de totale inpandige vloeroppervlakte die specifiek bestemd is voor woongebruik, gemeten volgens gestandaardiseerde methoden zoals de Meetinstructie Gebruiksoppervlakte Woningen die gebaseerd is op NEN 2580.
Omschrijving
De term 'bewoonbare oppervlakte' is in de bouw- en vastgoedsector beter bekend als 'gebruiksoppervlakte wonen'. Deze oppervlakte wordt gemeten op vloerniveau, binnen de buitenste of woningscheidende muren van een gebouw. Belangrijk is dat bij de meting volgens de Meetinstructie, die vaak wordt gebruikt door makelaars en taxateurs, dragende binnenwanden wel worden meegerekend, in tegenstelling tot de striktere NEN 2580 norm die deze uitsluit. Ruimtes met een stahoogte lager dan 1,5 meter worden doorgaans niet meegerekend. Trapgaten en vides groter dan 4 m² worden ook uitgesloten. De gebruiksoppervlakte wonen is een cruciale maatstaf voor onder andere taxaties, verkooppresentaties en in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG).
Gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580 en Meetinstructie
De berekening van de gebruiksoppervlakte wordt vastgesteld conform de NEN 2580. Dit is een Nederlandse norm die regels geeft voor het meten van oppervlakten en inhouden van gebouwen. Voor woningen wordt vaak de 'Meetinstructie Gebruiksoppervlakte Woningen' gehanteerd, die weliswaar gebaseerd is op NEN 2580, maar hiervan afwijkt op specifieke punten. Een belangrijk verschil is dat de Meetinstructie dragende binnenwanden meetelt bij de gebruiksoppervlakte wonen, terwijl NEN 2580 dit niet doet. De Meetinstructie kent bovendien een onderverdeling in gebruiksoppervlakte wonen en overige inpandige ruimte, wat NEN 2580 niet heeft. Deze gestandaardiseerde meetmethoden zorgen voor meer uniformiteit en vergelijkbaarheid van woningoppervlakten.
Vergelijkbare termen
Bruto vloeroppervlakte
Gebruikte bronnen: